Emblem Books
Heinsius, Quaeris quid sit Amor? (c. 1601)
Heinsius, Emblemata amatoria (1607/8)
Vaenius, Amorum emblemata (1608)
Hooft, Emblemata amatoria (1611)
Vaenius, Horatiana emblemata (1612)
[anonymous], Cupido's lusthof (1613)
Heinsius, Ambacht van Cupido (1613)
De Montenay/Roemer Visscher, Emblemes (c. 1615)
Vaenius, Amoris divini emblemata (1615)
Heinsius, Ambacht van Cupido (1616)
[anonymous], Nieuwen ieucht spieghel (1617)
Vaenius, Emblemata aliquot selectiora amatoria (1618)
Cats, Proteus (partial) (1618)
[anonymous], Thronus Cupidinis (1620)
Hugo, Pia desideria (1624)
Cats, Sinne- en minnebeelden (1627)
[anonymous], Typus mundi (1627)
[anonymous], Amoris divini et humani antipathia (1628)
Van Leuven, Amoris divini et humani antipathia (1629)
De Harduwijn, Goddelycke wenschen (1629)
Luyken, Duytse lier (1671)
Luyken, Jezus en de ziel (1685)
Huygen, Beginselen van Gods Koninkrijk (1689)
[anonymous], Emblemata amatoria (1690)
De la Feuille, Devises et emblemes (1691)
Den Elger, Zinne-beelden der liefde (1703)
Hoogstraten, Zegepraal der goddelyke liefde (1709)
Suderman, De godlievende ziel (1724)
Search
Global Search
Browse Pictorial Motives
Compare
Two Distinct Emblem Books
Bibliography
List of Authors/Editors
Items by Title/Author/Year
Project
Project Info
Editorial Procedures and Techniques
Help
Pieter Huygen,
Beginselen van Gods Koninkrijk (1689)
Introduction
Concordance
All Picturae (This Book)
All Facsimile Images (This Book)
[Titlepage]
[Titlepage]
Op de Titel-plaat
Op de beginzelen van Gods Koninkrijk in den mensch
Korten Inhoud
Voorrede tot den Lezer of Zanger
[Titlepage]
't Verlokte oog misleid den Boog [1]
Helaas! een dwaas en zot verkiezen [2]
All' wat van goed tot quaad vervalt, Geeft d' allergrootste wangestalt [3]
Volkomen een, altijd gemeen [4]
Die enkel uit onkunde dwaald, Word van God weêr te rug gehaald [5]
Wie quist, die mist [6]
Zuur verkregen, licht ontzogen [7]
God schept en teeld, volmaakt zijn Beeld [8]
Wie rust met half voltrokken werk, Mist licht zijn wit en ogemerk [9]
Aan d'overkant, is 't zalig land [10]
Na ruim en vlak, een heilloos rak. Na smal en steil, veel ruimte en heil [11]
Onbezocht, onbedocht [12]
Geen rust-gewin, voor lust en minn', Als enkel, in ons Grond-begin [13]
Jonk en teer, licht om veer [14]
't Natuurlijk-vast en scheid men niet, Voor eige-will' geweld geschied [15]
Ontbind, en spoed, u van de Wal, Zo wind, en vloed, u baten zal [16]
Qaade Lust, nimmer rust [17]
Hoe minder aard', hoe meerder vaart [18]
Gods Liefde-zonne schijnt en gaat, In all' wat voor haar open staat [19]
Leert 't onderzoek ons iet: Veel klaarder 't zelf-geniet [20]
D'eerste Prang, valt zeer bang [21]
Elk na 't Zijne, Ik na 't Mijne [22]
Maar een, van tween, of geen [23]
Gods aangename Zon, Is aller levens Bron [24]
't Wil zo nood', in den Dood [25]
Content: Titlepage →
Concordance - under construction
A
|
B
|
C
|
D
|
E
|
F
|
G
|
H
|
I
|
J
|
K
|
L
|
M
|
N
|
O
|
P
|
Q
|
R
|
S
|
T
|
U
|
V
|
W
|
X
|
Y
|
Z