Ghedicht ter eeren den hoochgeleerden D. Iacob Cats. Op sijn konst-rijcke sinne-beelden.
GHEDICHT Ter eeren den hoochgeleerden D. IACOB CATS. Op sijn konst-rijcke SINNE-BEELDEN.
Ghelijck den Medecyn aerdsinnich doet bereyden
Syn bitter-heelsaem kruyt, met een versoeten schyn,
Om, door een vroed bedrogh, den siecken aen te leyden
Tot den bequamen wegh, als die onwillich zijn:
Soo gaet den wysen CATS ons onghetemde jaren
Aen-voeren tot de tucht, door't lock-aes van de Min,
En brengt de wyse deught, die qualijck was te paren
Met de bloet-rijcke jeught, vermomt en sluypend' in;
En leert, met aerdich dicht, hoe met verloop van tyden
De Minn' tot Eeren-sucht, de Eer tot Gods-dienst klimt;
En hoe de Defticheyt en Geylheyt t'samen stryden,
Hoe dat den laetsten stant, den eersten over glimpt,
Ten was gheen dertel vier, 'twelck hem heeft aenghedreven
Te beelden in t'begin vrou Venus, of haer kint,
Maer door een hoogher Vier gheprickelt, heeft beschreven
Hoe dat de liefde Gods de wereltsch' overwint,
Als hy in dicht, en prent, seer konst-rijck weet te malen
En drucken onsen aert en onse seden af
Wel driemael dobbel eer moet hy te recht behalen,
Die Zeelant, op een dagh, een kleyne Weerelt gaf.
L. Peutemans.
Ghelijck den Medecyn aerdsinnich doet bereyden
Syn bitter-heelsaem kruyt, met een versoeten schyn,
Om, door een vroed bedrogh, den siecken aen te leyden
Tot den bequamen wegh, als die onwillich zijn:
Soo gaet den wysen CATS ons onghetemde jaren
Aen-voeren tot de tucht, door't lock-aes van de Min,
En brengt de wyse deught, die qualijck was te paren
Met de bloet-rijcke jeught, vermomt en sluypend' in;
En leert, met aerdich dicht, hoe met verloop van tyden
De Minn' tot Eeren-sucht, de Eer tot Gods-dienst klimt;
En hoe de Defticheyt en Geylheyt t'samen stryden,
Hoe dat den laetsten stant, den eersten over glimpt,
Ten was gheen dertel vier, 'twelck hem heeft aenghedreven
Te beelden in t'begin vrou Venus, of haer kint,
Maer door een hoogher Vier gheprickelt, heeft beschreven
Hoe dat de liefde Gods de wereltsch' overwint,
Als hy in dicht, en prent, seer konst-rijck weet te malen
En drucken onsen aert en onse seden af
Wel driemael dobbel eer moet hy te recht behalen,
Die Zeelant, op een dagh, een kleyne Weerelt gaf.
L. Peutemans.